924 22 JUNI 1978 negatief geoordeeld, maar ik heb alleen gezegd dat mc we goed moeten beseffen wat hier aan de hand is: ms ten aanzien van de kwestie van betaalbare huren en di de stijging van bouw- en grondkosten wordt telkens kc gezegd "ja, maar", zonder dat de conclusie wordt me getrokken dat de economische situatie op een ande- re re wijze zal moeten worden georganiseerd, willen ir wij ooit uit de problemen komen. Zowel in deze li raad als elders komt men niet tot die conclusie, wc een omstandigheid die niet boven tafel is gekomen. "c Als dan vervolgens bewoners jarenlang in een pro- wc ces betrokken zijn geweest waarbij duidelijk toe- O's zeggingen zijn gedaan, dan ligt het voor de hand ar mede gezien de zeer bijzondere situatie waarin ni de bewoners van deze wijk qua inkomenspositie ver- hc keren dat men de huursubsidie tegen de onzekere gc achtergrond die er wat dat betreft nog steeds is, tc ervaart als een uiting van het verschijnsel dat mensen die aan de onderkant van onze samenleving d; zitten en altijd de dupe zijn geweest, nog steeds hc hun hand moeten ophouden. Ik blijf dit staande hou- hc den en het is ook psychologisch heel duidelijk tc waar. mc 1: De heer TEN WOLDE: Dan zou ik u toch willen ai vragen of u nu 10 van het netto besteedbare in- gc komen al dan niet verantwoord vindt. si Vi Mevrouw PAULUSSEN: Dat vind ik verantwoord, mc als de huren rechtstreeks voor de bewoners betaal- v; baar zijn. Daarvoor heb ik gepleit en dat is het tc resultaat dat wij door gebruikmaking van de eigen ii middelen van de gemeente in deze bijzondere situa tie voor de Gerardus Majellawijk zouden willen be reiken. v: Ik betreur het dat de heren Van Duijl en Ten wc Wolde niet op het punt van de woningtoewijzing zijn O] ingegaan. Omdat we in tweede instantie debatteren, mi is het voor hen eigenlijk niet meer mogelijk dat mi alsnog te doen, maar misschien kunnen zij er bij interruptie of bij de stemverklaringen over de d

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 924