934
22 JUNI 1978
aan- en afvoer en andere verkeersaspecten spelen mc
ten aanzien van deze problematiek een rol. de
Een deel van het gebied is in gebruik als te
stortplaats, hetgeen in de nabijheid van het water- ve
wingebied van Dorst toch wel de uiterste zorg pe
vergt. Wij hebben daar in onze fracties over ge- g3
sproken en we vragen wat de controle betreft spe- ve
ciale aandacht voor dit punt. Misschien kan daar- oa
over van de zijde van het college nog iets worden Bi
gezegd. de
In de commissievergadering is aandacht be- ei
steed aan de mogelijkheid voor een railverbinding. ri
Gezegd is dat men daar niet veel voor voelt omdat ve
waarschijnlijk de behoefte eraan niet groot zal he
zijn. Wij vragen ons echter af of wel eens is ge- ge
peild vooral ook met het oog op de bevordering vc
van het openbaar vervoer of bij het bedrijfsle- w;
ven in Breda behoefte aan zo'n verbinding bestaat. Ie
Misschien is het in verband met het vertrek van m
wethouder Van Graafeiland moeilijk hierop te ant- be
woorden, maar dit is in ieder geval een be- de
langrijke vraag. ai
Tot slot dan nog iets over de aspecten van
ruimtelijke ordening en werkgelegenheid. De speci
ale ligging van dit gebied herinnert ons aan de
gang van zaken ten aanzien van de Ettenseweg, waar- a!
bij zich zeer veel gegadigden aandienden. Als zo'n
stuk grond wordt ingevuld, is het van belang te
weten wat je ermee gaat doen. Eigenlijk zou er se
lectie moeten worden toegepast, zeker met betrek
king tot de toe te laten bedrijven en de gevolgen
van hun vestiging voor de directe en de wat verder
af gelegen omgeving. In de discussie in de commis
sie en in het raadsvoorstel is op dit element mijns
inziens onvoldoende ingegaan. Als een voorstel als
het onderhavige wordt aangenomen, onttrekt de in
vulling zich in zoverre aan onze waarneming, dat
we er pas mee worden geconfronteerd als er ver
gaande onderhandelingen hebben plaatsgevonden. In
verband hiermee ik heb al gezegd dat we geen
moeite met het voorstel hebben willen we een