964
22 JUNI 1978.
Van Duijl proberen wat langzamer te spreken. Ik
zie overigens dat hij nu vlak bij mij zit en ik
vind dat heel plezierig.
In allerlei commissievergaderingen zijn naar
onze mening door diverse mensen nogal wat krokodil-
letranen gestort over het feit dat dit voorstel
indertijd is aangehouden en nu pas weer opnieuw
aan de orde komt. Het woord "krokodilletranen" is
mijns inziens inderdaad van toepassing, want nu
het voorstel opnieuw ter tafel ligt, is de benade
ring beter en is er met vertegenwoordigers van het
particulier initiatief overleg gepleegd over een
betere structurering.
Zoals reeds in allerlei bijeenkomsten is ge
zegd ook het college wijst er in het voorstel
op is men in kringen van het particulier initi
atief van mening te weinig bij de voorbereiding be
trokken te zijn geweest. Ik denk hier aan de
"particulier-initiatief-groep 2", ook al door de
heer Visser genoemd, waartoe overigens ook een
aantal vrijwilligers behoren.
Het is met het particulier initiatief nog
geen koek en ei en dat geldt zeker voor de laatste
maanden. Opmerkelijk is naar onze mening dat het
juist met een V.V.D.-wethouder, die het particu
lier initiatief toch hoog in zijn vaandel geschre
ven moet hebben staan, is misgelopen. Wij vinden
dat jammer, maar wij waarderen het positief dat er
nu een duidelijke structuur met een verbinding is
aangebracht
Naar aanleiding van het voorstel zou ik een
drietal conclusies willen aangeven die onze frac
ties ten aanzien van de sociaal-culturele planning
hebben getrokken.
1. De opstart van het planningproces in Breda
is wat star van karakter geweest. De ad
viesgroep van ambtenaren ten aanzien van
het sociaal-culturele plan begon al slecht
door in de beginfase de participanten te
selecteren en de bevolking uit te schake
len. In de informatieve ronde (najaar 1977)
