1007 21- AUGUSTUS 1978 voelen? 3. Als vraag 1 en 2 bevestigend beantwoord worden, bestaat er dan grond voor de vrees dat een "taxi-oorlog" zou kunnen uitbreken, omdat de bonafide chauffeurs het recht in eigen hand nemen? 4. Is het college met ons van mening dat het "wil de taxi-rijden", als het inderdaad voorkomt, aanleiding kan zijn tot oneerlijke concurrentie, maar bovenal in strijd is met de Wet Autover voer Personen? 5. Als vraag 4 bevestigend beantwoord wordt, welke maatregelen denkt het college dan op korte ter mijn te nemen om het taxi-rijden zonder vergun ning afdoende tegen te gaan? ANTWOORD 1. Het vervoeren van personen met auto's door per sonen, die geen vergunning daartoe hebben inge volge de Wet Autovervoer Personen, komt naar onze mening te Breda niet voor, althans wij hebben daarvoor geen aanwijzingen. Wel is het in het recente verleden voorgekomen, dat door bedrijven met méér taxi's personenver voer werd uitgeoefend, dan waarvoor vergunning werd verleend. Door de politie werd ter zake van deze overtreding een tiental processen ver baal opgemaakt. 2. Aangezien elk taxibedrijf zich toelegt op het zo snel mogelijk opbouwen van een eigen klan tenkring kunnen wij ons, mede gelet op ons ant woord op vraag 1, niet goed voorstellen, dat door de enkele gepleegde overtreding, de bona fide taxichauffeurs zich in hun broodwinning bedreigd voelen. 3. Ook het personeel van welke taxi-onderneming in Breda ook mag het recht niet in eigen handen nemen. De vrees voor het uitbreken van een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1007