21 AUGUSTUS 1978 1080 in zijn aandacht aanbevelen. De heer Visser is één zittingsperiode in de raad van Breda geweest, maar daarvóór heeft hij veel ervaring opgedaan in de gemeenteraad van het echteDen Haag. Speciaal sociaal-culturele zaken hadden zijn belangstelling. Dat was ook wel te ver wachten van iemand die zowel in de sociale als de fysische geografie is afgestudeerd. Hij is boven dien afkomstig van het landbouw-economisch insti tuut. Ik kan mij hem uit die tijd nog erg goed herinneren en het was een vreugde hem hier in Bre da als raadslid terug te zien. De heer Houben, afkomstig uit een bekend Bre daas geslacht, heeft zich in de vier jaar van zijn lidmaatschap vele inspanningen getroost, speciaal op het terrein van de ruimtelijke ordening. Zeer bekend is dat hij veelvuldig dé wijken van Breda in ging om direct contact met de bevolking te heb ben. Hij is de derde fractievoorzitter die eclip seert.Te prijzen valt in hem het feit dat de poli tieke tegenstellingen, die er waren, nimmer per soonlijke consequenties voor hem hadden. De heer Kaarsemaker is het derde lid van de commissie economische zaken van wie afscheid moet worden genomen. Het zal wel niets met elkaar te maken hebben, maar het is opvallend dat de commis sie algemene zaken relatief veel leden verliest. De heer Kaarsemaker is door bepaalde dingen zeker bekend geworden, met name door hetgeen hij over de inspraak en de Taptoe heeft gezegd. Het lijkt mij niet waarschijnlijk dat wij elkaar voor de televi sie nog eens over deze laatste aangelegenheid zul len treffen. De heer Jongeneel heeft het zichzelf in deze raadsperiode bepaald niet gemakkelijk gemaakt. Het is niet zo eenvoudig om na veel wikken, wegen en overleg uit een fractie te treden. In ieder geval moet zo'n besluit worden gerespecteerd. Hij heeft ongetwijfeld vele verdiensten gehad, bijvoorbeeld in de bestuurscommissie sociale werkvoorziening waar men hem eigenlijk nauwelijks wil laten gaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 1080