1083
21 AUGUSTUS 1978
stad hebben de weg naar de raadsleden gevonden en
de toenemende betrokkenheid van de burger was voor
de raad weer een reden om het college niet altijd
klakkeloos in zijn voorstellen te volgen, maar
eigen onderzoek te plegen en eigen contacten met
stad en buurten te onderhouden. Dit alles heeft
geleid tot doorvoering van de specialisatie in de
fracties en taakverdeling, waardoor het commissie
werk steeds belangrijker is geworden. Ik beschouw
dit als een noodzakelijke maar niet ongevaarlijke
ontwikkeling, omdat steeds meer mensen zich spe
cialiseren en de fracties steeds afhankelijker
zullen worden van het oordeel van de commissiele
den
De door mij steeds betreurde harde oppositie,
die in deze raadszaal en ook vaak daar buiten is
gevoerd, heeft de verhoudingen tussen de raadsle
den onderling toch wat vertroebeld en dat is één
van de dingen die mij en naar ik vanavond heb
begrepen ook de andere scheidende raadsleden
meer hebben getroffen dan men op het eerste ge
zicht zou denken. Er is al eerder gezegd dat in
deze zaal te weinig wordt gelachen. Het toch al
zware werk van het raadslid wordt er op die manier
niet gemakkelijker op.
Thans maken de nieuwe fracties bijzonder
moeilijke tijden door. U weet dat het overleg over
het nieuwe college volop aan de gang is. Het is
een kwestie van tasten en zoeken om te trachten
elkaar te vinden. Laten wij hopen dat spoedig het
stadium zal worden bereikt waarin men zal ontdek
ken dat er toch meer is dat ons bindt dan dat ons
scheidt! Wat de fracties en deze raad bindt, is
de zorg voor ons mooie Breda en voor zijn inwoners.
U, voorzitter, hebt de scheidende raadsleden
de revue laten passeren. Het zou te veel tijd
vergen daar nog eens stuk voor stuk op in te gaan
en ik geloof ook niet dat het op mijn weg ligt,
omdat ik als enig woordvoerder ben aangewezen. Het
overlijden van de heer Kramer is voor onze fractie,
maar ook voor de raad een groot verlies geweest.