100
15 FEBRUARI 1979
te worden uitgebracht. Ik verzoek de raad hierover
nu een uitspraak te doen en daar blijft het dan
bij. Als men vragen wil stellen bestaat daartoe
op andere momenten de gelegenheid.
De heer GARRITSEN: Ik begrijp dit niet goed.
In het verleden zijn ingekomen stukken regelmatig
naar de commissies terugverwezen.
De VOORZITTER: Dat is iets andersI Het voor
stel is nu over het zwartboek Seppe preadvies uit
te brengen.
De heer VAN BANNING: Er is mijns inziens
sprake van een klein misverstand. De heer Garrit-
sen zou deze kwestie naar ik begrijp graag in de
commissie willen zien behandeld, waartegen toch
geen bezwaar zal bestaan.
De VOORZITTER: Er is voorgesteld ter zake
preadvies uit te brengen. Dat is het voorstel
waarmee ik op het ogenblik te maken heb. Bestaat
daarover verschil van opvatting?
De heer VAN BANNING: Daaraan bestaat onzer
zijds geen behoefte.
De heer CRUL: Wij zouden het verzoek van de
heer Garritsen inzake het eerst in de commissie
bespreken van deze kwestie willen ondersteunen.
Of er dan wel of geen preadvies moet worden uitge
bracht kan in de commissie worden bekeken.
De VOORZITTER: Er is geen bestaat tegen het
in de commissie bespreken van het zwartboek Seppe.
Aan dat verlangen kan dus worden voldaan. Dan rest
het verzoek van mevrouw Saelman inzake het door
het college uitbrengen van preadvies. Waar nu de
ze aangelegenheid in de commissie van advies en
bijstand aan de orde wordt gesteld zou ik een be
roep op haar willen doen ermee akkoord te gaan,
dat nu eerst de bespreking in de commissie plaats
vindt. Ik constateer dat mevrouw Saelman daartegen
geen bezwaar heeft.