1038
23 AUGUSTUS 1979
voorhand zeker niet uit, wat ik ook al in de commis
sie heb gezegd.
De SpAR is tijdig gewaarschuwd, maar ook ten
aanzien daarvan waren er enkele communicatiestoor
nissen. Ik wil in dit verband meteen een andere
vraag meenemen. Nadat er een krantebericht was ver
schenen heb ik met het dagelijks bestuur van de
SpAR gesproken en in een gezamenlijke brief hebben
wij aan de leden van de commissie duidelijk gemaakt
hoe het standpunt lag. Er was sprake van een com
municatiestoornis die er niet had behoeven te zijn.
Er is met de sectie gesproken en deze heeft gere
ageerd, waarbij zij een aantal opmerkingen heeft
gemaakt zoals dat mijns inziens van een Sportad-
viesraad die staat voor de belangen van de water
sporters mag worden verwacht. Wij moeten ons overi
gens wel realiseren dat van het totale gebruik van
het sportfondsenbad in de Vierwindenstraat, circa
honderd uur per week, nog geen 10 wordt benut
door de wedstrijdsport. Als dus vanuit de SpAR luid
en nadrukkelijk vragen worden gesteld ten aanzien
van de wedstrijdsport moeten wij ons wel realise
ren dat het daarbij gaat om eisen die slechts 10
van het gebruik op dit moment betreffen. Een zeke
re relativering van de vragen vanuit de SpAR vind
ik dan ook wel op haar plaats. Niettemin zullen
wij de SpAR voortdurend blijven informeren, waar
bij wij samen ook gesprekken over het program van
eisen zullen voeren.
De commissie jeugd en sport wordt natuurlijk
op de hoogte gehouden, zoals dat in de afgelopen
maanden ook met betrekking tot andere onderwerpen
is gebeurd; ik denk dat wij eerder te veel dan te
weinig praten, maar in ieder geval heeft de commis
sie ontzettend veel informatie over alle lopende
zaken ontvangen. Ook hierover zal veel informatie
worden verstrekt.
De heer Van Asseldonk heeft gevraagd wat wij
onder een principe-besluit verstaan. Ik heb dat
al aangegeven en ik denk dat wijevenals in de
commissie, kunnen concluderen dat wij daar ongeveer