1044 23 AUGUSTUS 1979 realiteitswaarde. Voor wat betreft de locatie moet naar onze mening vooralsnog aan IJpelaar en Heus- denhout worden gedacht, daar de recreatiemogelijk heden onzes inziens daarmee worden vergroot. De ac commodatie die wij willen realiseren zal sober wor den en er zal nog overleg noodzakelijk zijn. Ik meen dat ik hiermee het merendeel van de vragen van de heer Garritsen op een zodanige wijze heb beantwoord dat ook hij de voorkeur van het col lege zal kunnen onderschrijven. De heer VAN ASSELDONK: Ik neem aan dat de wethouder de ingediende motie afwijst of dat het college haar nog niet heeft gelezen. De wethouder is er namelijk in zijn antwoord niet op ingegaan. Wethouder WELSCHEN: De motie is nog niet in het college besproken en ik vond het daarom niet erg netjes er iets over te zeggen. Het lijkt me be ter dat wij eerst van elkaar vernemen wat wij er van vinden. De heer VAN ASSELDONK: Misschien kan dan nu de vergadering worden geschorst, opdat ook wij het standpunt van het college over de motie in tweede termijn kunnen meenemen. De VOORZITTER: Dat lijkt mij erg verstandig. De vergadering is geschorst. SCHORSING. De VOORZITTER: De vergadering is heropend. Wethouder WELSCHEN: Het college heeft geen enkel probleem met de motie; integendeel. De inhoud van de motie sluit duidelijk aan bij de lijn die is vastgelegd bij de behandeling van de binnenstads- besluiten. Daarbij is gesteld dat moet worden ge probeerd de militaire accommodaties meer open te krijgen voor burgergebruik.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1044