1046 23 AUGUSTUS 1979 het college in dit soort zaken op haar plaats is. De heer BROOIMANS: Binnen onze fractie schijnt behoefte te bestaan aan een korte schorsing. De VOORZITTER: Dan wordt de vergadering nu ge schorst. SCHORSING. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De heer MARTENS: Toen ik de motie opstelde meende ik dat het een erg zachte motie was die het ongetwijfeld zou kunnen halen. Onze fractie zal echter eens moeten overwegen alle moties door de heer Paquay te laten indienen, want ik heb begre pen dat moties die hij indient het altijd halen. Het is gebleken dat verschillende leden, ook uit de fractie van het C.D.A., problemen hadden met de eerste alinea en wij zijn daarom bereid de motie te wijzigen, waarbij de eerste alinea als volgt komt te luiden: "gehoord de discussie over het principe-besluit tot bouw van een nieuw bad". De heer BROOIMANS: Wij vonden de beantwoording van de zijde van het college voldoende duidelijk en wij willen daarom het licht op groen zetten, waardoor wij het college de gelegenheid geven de zaken op een rijtje te zetten. U kunt er evenwel van verzekerd zijn dat wij de ontwikkeling nauwlet tend zullen volgen. Voor wat de motie betreft kan ik zeggen dat ook het C.D.A. voor vermaatschappelijking van de krijgsmacht is. Wij zullen dan ook de motie van de P.v.d.A. steunen. De heer GARRITSENHet zal duidelijk zijn dat de beantwoording van mijn vragen door de wethouder aan mijn standpunt niet veel heeft veranderd. Hij is op enkele vrij essentiële zaken niet ingegaan,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1046