1074 23 AUGUSTUS 1979 stadsgewestregeling en het is ook de procedure wan neer wordt gekozen voor invoering van model 3. Ik meen dat hiermee de discussie kan worden gesloten. Wij zullen ons standpunt toezenden aan het Stadsgewest, in de hoop, mijnheer Garritsen, dat het Stadsgewest toch kan blijven functioneren op een overigens betrekkelijk eenvoudige maar toch ook zeer verantwoorde wijze. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met aantekening dat de heer Garritsen geacht wil worden tegen te hebben ge stemd 28. Bijlage nr. 234: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS MET BETREKKING TOT DE BEGROTING 1980 VAN HET ZUID NEDERLANDS INSTITUUT VOOR GEMEENTEPOLITIE-OP- LEIDING. (M) 29. Bijlage nr. 235: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AANGAAN VAN EEN OVEREENKOMST MET DE HEER M.M. NEEFS INZAKE HET HUREN VAN ENIGE RUIMTEN IN DE "RUITERSBOSMANEGE" TEN BEHOEVE VAN DE VERZORGING EN STALLING VAN DE PAARDEN VAN DE BEREDEN BRIGADE VAN DE GEMEENTEPOLITIE. (M) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt achtereenvolgens overeenkomstig de ze voorstellen van burgemeester en wethouders be sloten. 30. Bijlage nr. 236: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS DE ACCOMMODATIE VAN DE DIENSTHONDENBRIGADE VAN DE GEMEENTEPOLITIE IN HET MASTBOS UIT TE BREI DEN. (M) De heer GARRITSEN: Ik ben van mening dat het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1074