1100 13 SEPTEMBER 1979 te zeggen. Hij komt in zekere zin met wisselgeld en maakt bij voorbaat bepaalde wensen kenbaar, maar ik geloof niet dat dat nu moet gebeuren. Het is nu voor de derde maal in successie dat hij over deze zaak spreekt. Hij stelt steeds dat hij een debat hierover niet schuwt en dat hij er alle ruimte voor wil geven, maar niettemin blokkeert hij het. De heer TAKS: De heren Crul en Garritsen heb ben het debat geblokkeerd, want zij zijn weggelo pen uit een vergadering die op hun verzoek bijeen kwam, louter en alleen in verband met de kwestie van de openbaarheid. Als de zaak waarom het gaat hun werkelijk zó ter harte gaat waren zij niet weg gelopen. Ik was zeer benieuwd naar de lezing van de feiten van de heer Garritsen. De heer CRUL: Deze opmerkingen, die ik veront schuldigingen zou willen noemen, zijn onverklaar baar. Ik moet constateren dat de heer Taks hetgeen hij in de twee hieraan voorafgaande vergaderingen heeft gezegd niet gestand doet. De heer TAKS: Wat heb ik dan in voorgaande vergaderingen gezegd dat ik nu niet nakom? De heer CRUL: In voorgaande vergaderingen heeft de heer Taks gezegd dat hij in principe geen bezwaar zou hebben tegen het houden van een inter pellatie en dat hij er, met name gelet op zijn po litieke opvattingen De heer TAKS: Misschien doelt de heer Crul nu op de vergadering van de commissie algemene zaken, maar als enige heb ik in die vergadering niet over een interpellatie gerept. De heer CRUL: In de commissie openbare orde toch wel. De heer TAKS: Ook in de vergadering van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1100