13 SEPTEMBER 1979
1151
in zowel de commissie financiën als de commissie
bedrijven zou worden voorbereid. Ik meen inderdaad
op een gegeven moment in de commissie financiën te
hebben gezegd dat ik geen bezwaar zou hebben tegen
een gecombineerdevergadering, zo daaraan behoefte
zou bestaan. Het bedrijf heeft in een notitie zijn
bedrijfsvoering op tafel gelegd en de afdeling fi
nanciën en de wethouder van financiën hebben naar
de algemene aspecten gekeken. Dat heeft geleid tot
een notitie die in een voorstel heeft geresulteerd,
welk voorstel in de commissie financiën èn in de
commissie bedrijven is besproken. Ik kon daarbij
niet aanwezig zijn, aangezien ik toen met vakantie
was. Ik heb dus niet het gevoel dat ik ergens in
tekort ben geschoten.
De heer Van de Steenoven meent dat de extra
afschrijving niet nodig is, maar bedrijfs-economisch
gezien is het gewoon verstandig de activa die geen
feitelijke waarde meer hebben af te schrijven, op
dat het bedrijf gezond wordt gehouden, hetgeen mo
gelijk ook naar de toekomst toe van betekenis kan
zijn
Nogmaals stel ik dat naar mijn mening de be
steding van de overwinst in collegiaal verband in
het college aan de orde zal moeten komen, waarna
voorstellen ter beslissing aan de raad moeten wor
den voorgelegd. Door de vermeerdering van de inkom
sten van de algemene dienst, waarbij de raad prio
riteiten kan stellen en tevens een beter inzicht
kan hebben, zal de besteding op de meest juiste wij
ze kunnen worden bepaald.
Wethouder DE RAAFF: Mijn collega heeft voor
mij niet veel vragen ter beantwoording overgelaten
en ik zou mij bijna kunnen beperken tot het onder
schrijven van hetgeen hij naar voren heeft gebracht.
Wethouder BROEDERS: Er ligt ook nog een vraag
over de manke poten!
Wethouder DE RAAFF: Gelukkig is er inderdaad