13 SEPTEMBER 1979 1167 wil het pand ook in deze staat blijven bewonen. Wethouder VAN DUN: De heer Garritsen bedoelt degene die het pand heeft gekraakt? Wethouder DE RAAFF: Ik onderschrijf hetgeen de heer Van Dun heeft gezegd. Het moet duidelijk zijn dat de woning waarover wij spreken al jaren lang niet als zodanig wordt gebruikt. De woning kan alleen tegen zeer hoge kosten in bewoonbare staat worden gebracht. Men kan voorts natuurlijk zwaar of licht til len aan de kwestie van de circulatie; men kan bij voorbeeld stellen dat wij het al honderd jaar met deze situatie hebben moeten doen. Regelmatig is ons evenwel kenbaar gemaakt dat het in- en uitrijden via die ene toegang moeilijkheden veroorzaakt. Het gaat hierbij om grote aantallen wagens die allemaal op dezelfde tijden moeten uitrukken en wanneer er rond kan worden gereden betekent dat een belangrij ke verbetering. De heer GARRITSEN: De wethouder zegt dat de woning al lang leeg staat en volgens mijn informa ties staat de woning al gedurende twaalf jaar leeg. In 1975 is een onderzoek gepleegd, maar ik meen dat een onderzoek op dit moment wellicht minder grote bedragen zou aangeven. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkom stig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, onder aantekening dat mevrouw Saelman- Boelen en de heren De Brouwer en Garritsen geacht willen worden te hebben tegengestemd. 35. Bijlage nr. 273: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VOEREN VAN EEN RECHTSGEDING TER BEëlNDI- GING VAN DE PACHTOVEREENKOMST MET DE HEER W. GOOS, ACHTER EMER 8, BREDA. (D)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 1167