11 OKTOBER 1979
1258
hebben wij gesignaleerd.
Het meest benieuwd waren wij naar het ant
woord op onze vraag wat nu de precieze volgorde
is. Het college is in zijn nota erg exact geweest,
het heeft conclusies getrokken en het heeft negen
buurten genoemd. Wij hebben gevraagd de priori
teiten nu eens exact aan te gevenmaar de wet
houder heeft gezegd dat dat niet mogelijk is. Ik
heb persoonlijk het gevoel dat hij de kern van de
zaak een beetje omzeilt, want hij weet zeer goed
waar wij op doelen. Met name komen er in het
''lij stje-van-negen" twee buurten voor die toeval
lig op de achterstandslijst hoog genoteerd staan,
maar die ook bij de twee andere uitgangspunten
met betrekking tot de prioriteitenstelling worden
genoemd. De buurten Brabantpark en Blauwe Kei
ik noem ze gewoon als voorbeeld hebben, blij
kens de vermelding Ad 2 en Ad 3 op bladzijde 30
van de nota, beide een groot tekort en een grote
vraag naar opnamecapaciteit. Omdat het college
uiteindelijk tot de conclusie komt dat straks de
achterstandssituatie bepalend zal zijn, vragen
wij naar de exacte volgorde. Wij zouden graag wil
len dat die werd aangegeven.
In eerste termijn heb ik gevraagd of het
college, als het op een gegeven ogenblik de op
richting van peuterspeelzalen door de overheid
wenselijk acht, de raad of de commissie wil in
schakelen voordat het te langen leste tot die
daad overgaat. Op dit punt horen we graag een
toezegging.
Mevrouw ELIE-VAN ES: Van de zijde van het
C.D.A. is gezegd dat de opvoeding dient te worden
gegeven in het gezin en dan bij voorkeur door de
moeder. We hebben hier te maken met een typische
westerse verworvenheid van de laatste honderd
jaar, waarbij echter steeds meer vraagtekens wor
den geplaatst, zeker ook in het C.D.A.
De behoeftenpeiling, waarover tijdens deze
discussie is gesproken, is van belang, maar zij