11 OKTOBER 1979
1284
goud zouden willen missen omdat ze in het school
gebeuren zo prachtig functioneren. Komt er nu in
zo'n team een vacature, dan kijken de onderwijsge
venden naar de toekomst. We hoeven niet te verdoe
zelen dat de banen bij het onderwijs enig gevaar
gaan lopen; die zorg leeft bij de onderwijsgeven
den.
De heer DREEF: Niet alleen bij het onderwijsI
Wethouder BROEDERS: Nee, maar we praten nu
over het onderwijs. Bij de onderwijsgevenden leeft
die zorg. Stel nu, zoals gezegd, dat je bepaalde
mensen in het belang van het schoolgebeuren heel
graag in ieder geval bij de school zou willen hou
den. Wordt er dan een oproep voor sollicitaties
geplaatst, dan is er ook in het kader van de
nieuwe opvattingen ter zake een inspraakmoge
lijkheid voor de leraren, waarbij een onjuist se
lectiecriterium een rol gaat spelen. De A.B.O.P.
signaleert dat dat onjuiste selectiecriterium wel
degelijk wordt gehanteerd.
De heer OOMEN: Maar ik vind dat je daar als
overheid niet voor moet zwichtenEen nieuwe
leerkracht die bij een school komt kan misschien
juist een nieuw licht op de gang van zaken werpen
en vernieuwingen tot stand brengen.
Wethouder BROEDERSIs dan ook een selectie
criterium dat je iemand die de onrust vergroot,
niet moet nemen? Ik vind van wel. Het schoolgebeu
ren moet kunnen meespelen. Men kan niet alleen
uitgaan van de hoogste kwaliteit en van de langste
diensttijd bij het onderwijs: ook het teamgebeuren
is een belangrijk element waaraan aandacht moet
worden geschonken.
Ik meen dat de heer Oomen de opvatting van
de Algemene Besturenbond verkeerd heeft weergege
ven. Deze bond is er niet kapot van men moet
trouwens ook niet denken dat de wethouder er kapot
van is -»■=-, maar is er om pragmatische redenen,
rekening houdend met de situatie waarin de Bredase