15 NOVEMBER 1979
1438
zien hier weer eens hoe formeel je moet zijn als
je met procedures te maken hebt, omdat je anders
lek vaart. Wat hier is gebeurd, is het volgende.
Na de rondvraag in de commissie ruimtelijke orde
ning heb ik geconstateerd dat de pers en het pu
bliek vroeg naar bed waren, en heb ik gezegd: "Het
is goed dat we nu alleen zijn, want anders had ik
u om beslotenheid moeten vragen, maar ik deel u nu
mede dat(enzovoorts)
Op de tweede plaats wil ik misverstanden weg
werken als zouden we hier planologisch te maken
hebben met een globaal plan. Men kent het globaal
plan ex artikel 11 van de Wet op de ruimtelijke
ordening, maar zo'n plan bedoel ik niet. Ik heb
willen zeggen dat er in dezen een plan is dat ge
tuigt van globaliteit.
Vervolgens enkele opmerkingen aan het adres
van de heren Ten Wolde en Van de Steenoven. Ik ac
cepteer het verdomd moeilijk dat de fractievoor
zitter van de V.V.D. en de heer Van Asseldonk mij
of dit college in de schoenen schuiven dat we ie
mand in een bepaalde positie manoeuvreren, dat we
op een verkeerde wijze opereren en dat we maar een
beter bestemmingsplan hadden moeten maken. Aan het
adres van de heer Van de Steenoven wijs ik erop
dat hier geen subjectief gedoe aan de gang is: wij
gaan niet uit van het incident dat heeft plaatsge
vonden, maar wij vertrekken vanuit het algemeen
belang. Het algemeen belang is dat de raad heeft
verklaard dat er in Moleneind-oost industriegrond
en werkterreinen moesten komen. Er heeft zich een
incident voorgedaan en omdat wij nogal aan raads
besluiten hechten, hebben we met man en macht
ook de ambtenaren geprobeerd in de waanzinnig
korte tijd die je dan formeel rest, met hulp van
de stadsadvocaten de besluiten te nemen die de
raad van ons verwacht. Ik respecteer ieders eigen
standpunt, maar men moet dat naar mijn mening
nooit baseren op de gedachte dat het college ver
wijtbaar zou zijn. Daarvoor voel ik mij te veel
aangesproken