19 FEBRUARI 1979
145
Bredase voorwaarden getoetst aan die van de regio,
de randgemeenten en de overige gemeenten in ons
land?
Wij constateren dat onderwerpen als toela
tingsbeleid, verkoopvoorwaardenbeleid en de leni
ging van de woningnood van de eigen burgers aan
alle kanten ook landelijk in beweging zijn. Toch
waarderen wij de beide voorstellen positief, aan
gezien er een begin wordt gemaakt met het ontwik
kelen van een instrumentarium waarmee de problema
tiek van de huisvesting in Breda zorgvuldig en op
basis van studies wordt aangepakt, terwijl aan de
andere kant recht wordt gedaan aan Breda als groei
stad. Hoewel wij ons ervan bewust zijn dat het
middel zoals het hier voor ons ligt, beperkt is,
vinden wij het verantwoord dat Breda langs de weg
van toelatingsbeleid en verkoopregulerende bepa
lingen tenminste een begin maakt, overigens con
form de hoofdlijnen van het beleid.
Het college heeft toegezegd het gehele toela
tingsbeleid over een jaar opnieuw te willen bezien.
Aan deze toezegging willen wij het college gebon
den houden, te meer omdat wij verwachten in de
loop van dit jaar een duidelijker inzicht te krij
gen door middel van de aangekondigde deelnota's en
aan de hand van de feitelijke ontwikkeling van de
uitgifte van woningen.
Naar aanleiding van de gedane voorstellen zijn
er in onze fractie nog enkele vragen blijven be
staan. Ik kom nu op een punt waarover door de in
formatie die wij in het weekeinde thuis hebben ge
kregen, reeds gedeeltelijk uitsluitsel is gegeven:
komt er een Volkshuisvestingswet en, zo ja, heeft
het college enig idee wanneer dat zal gebeuren?
Enkele nadere vragen in dit verband wil ik als
volgt formuleren.
In het schrijven van de centrale afdeling
voorlichting en externe betrekkingen van het minis
terie van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening
komen dezelfde aarzelingen naar voren als waarmee
onze fractie zich heeft beziggehouden. Wij hebben