19 FEBRUARI 1979 161 voorhand ligt er nog geen enkel bewijs dat deze zich op het pad van de speculatie zou begeven. Onduidelijkheid bestaat voorts ten aanzien van boete- en kettingbedingenDeze zijn wel ge noemd, maar hoe de sancties zullen worden gefor muleerd is niet duidelijk. Ik zou willen vragen op welke wijze ten aanzien van boete- en ketting- bedingen meer inzicht kan worden verschaft en of het mogelijk is ook op dit punt informatie over het "vestigingspakket" aan de toekomstig cliënt van Breda te verschaffen. Al met al stellen wij ons ten opzichte van deze gekunstelde oplossing zeer afstandelijk op. De nadruk dient te worden gelegd op het onderzoek dat binnen een jaar zal moeten plaatsvinden: waar liggen de wezenlijke oorzaken van de vertraging in de bouwproduktiegegeven het feit dat we in Breda heel eenvoudig moeten constateren dat er, nu we vijf jaar met de ontwikkeling van de Haagse Beemden op weg zijn, nog maar 120 woningen zijn gebouwd? Mevrouw SAELMAN-BOELENMijn fractie is er altijd op uit niet te lang te spreken. Nu er van diverse kanten al zo veel is gezegd, willen wij ons tot enkele opmerkingen beperken. Wij zijn voor de individuele vrijheid van vestiging als zodanig, maar als D'66 hebben wij er op de eerste plaats voor te zorgen dat degenen die de vrijheid om zich te vestigen nog überhaupt niet hebben, die vrijheid kunnen verwerven. Aan gezien publikaties die we de laatste tijd hebben gezien, nadrukkelijk in de richting van de invoe ring van "een" Woonruimtewet wijzen, zijn wij er vóór zo snel mogelijk op de nieuwe ontwikkelingen in te spelen. In verband met de vraag of wij vóór een toelatingsbeleid zijn, kan ik het betoog van de heer Hendriksen volledig onderschrijven. De heer TEN WOLDE: Dat is een leuke vrijheid! De heer HENDRIKSEN: Maar die levert wèl

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 161