186
19 FEBRUARI 1979
één jaar nog niet gebouwd!
De heer GARRITSEN: Het gaat om de argumenta
tie. Die kunt u net zo goed laten gelden voor één
jaar, voor twee jaar of voor vijf jaar.
Mevrouw DEN OUDEN-JANSENJa, en voor drie
jaar en voor vijfentwintig jaar. Wij hebben vijf
jaar gekozen.
De heer GARRITSEN: Op grond waarvan?
De VOORZITTER: We zullen het hier voorlopig
bij laten.
De heer TEN WOLDE: Het "liedje" van de eerste
instantie gaat nog steeds door. Ik blijf van me
ning dat de discussie van vanavond zich beweegt op
het zijspoor van het uitgangspunt dat er een rege
lingsbeleid moet komen. Een definitief inzicht aan
de hand van cijfers in de effecten die we van de
voorgestelde maatregelen kunnen verwachten, ont
breekt te enen male, wat ik op zichzelf al een
merkwaardige situatie vind.
Daarnaast betreur ik het dat de wethouder
mijn opmerkingen in eerste instantie als pure kri
tiek heeft opgevat: hij zou "door de kat worden
gebeten" en hij zou zelfs naar rechts wordt gerukt,
wat zeker niet onze bedoeling is geweest. Het ging
ons erom het accent te leggen op het in gezamen
lijke verantwoordelijkheid zoeken naar een moge
lijke versnelling van de woningbouwproduktie. Ik
geloof zeker dat er elementen aanwezig zijn die
zo'n versnelling zouden kunnen bewerkstelligen en
ik zou dan ook graag van de wethouder willen horen
of hij bereid is binnen enkele maanden tezamen met
de commissie inzicht te verwerven in de wezenlijke
knelpunten ten aanzien van de produktiecapaciteit
in de woningbouwsector. Met de heer Garritsen ben
ik het in zoverre eens, dat de raad zich er niet
bij mag neerleggen dat planversnelling ten koste
van plankwaliteit zou gaan. Ik acht niet bewezen
dat zulks het geval moet zijn.