192 19 FEBRUARI 1979 Men heeft te dien aanzien allerlei toezeggingen gekregen. Als de wezenlijke elementen veranderen kwalitatief, kwantitatief of in tijd dan gaan we gewoon bij elkaar zitten en spitsen we gezamenlijk het programakkoord toe. Het program akkoord kan niet worden veranderd naar aanleiding van een eenzijdige benadering vanuit één raads fractie. Dat is duidelijkheid, ook in de politiek. De heer HENDRIKSEN: Ik protesteer ertegen dat wethouder Van Dun suggereert dat wij ons niet aan de afspraken van het programakkoord zouden houden. Wethouder VAN DUN: Dat verwijt ik niet, dat constateer ik! De heer EISSENS: Mijn fractie krijgt langza merhand moeite met de wijze waarop iedere keer weer over het programakkoord wordt gesproken. Ten aanzien van de Woonruimtewet 1947 is het program akkoord zó duidelijk, dat men het niet verkeerd kan interpreteren. Het is uiterst merkwaardig als men het normaal vindt te verlangen dat die wet in juni 1979 wordt ingevoerd en als men dan ook nog wil ontkennen dat er iets anders in het program akkoord staat. Wanneer we op die manier doorgaan, lijkt het mij verstandig dat de onderhandelings delegaties nog eens bijeen komen om na te gaan wat de bedoelingen nu eigenlijk zijn. Ook de V.V.D. begint op een heel merkwaardige manier uit te ha len, zodat ik mij zorgen ga maken dat men het daar langzamerhand ook niet meer begrijpt. De heer TEN WOLDEZou de heer Eissens even willen aangeven op welke manier wij proberen "uit te halen"? De heer EISSENS: Het betoog van de heer Ten Wolde in tweede instantie was een prachtig ver haal, maar het wekte de indruk dat de heer Ten Wolde niet meer weet dat hij bij de onderhandelin gen over het programakkoord aanwezig is geweest. Als hij zegt niets voor regelingen te voelen, moet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 192