212
19 FEBRUARI 1979
vreemd aan het binnenlands bestuur te gaan reorga
niseren. Met name het vormen van een aantal nieuwe
provincies met vele te bezetten bestuursposten zal
een grote aanslag op de financiële middelen bete
kenen. Hieromtrent tasten wij op dit ogenblik nog
volkomen in het duister. Dit gegeven zal echter
acceptabeler zijn, als het doel waarop het college
op bladzijde 2 wijst ook werkelijk wordt bereikt.
Wij onderschrijven de omschrijving van het doel
die het college geeft: doelmatigheid en inzichte
lijkheid van het bestuur, waarbij de afstand tus
sen de bestuurslagen en de burgerij zo gering mo
gelijk is.
Aldus redenerend komen wij tot de volgende
uitgangspunten, in een formulering die wellicht
enigszins afwijkt van die van het college onder
punt 4 op bladzijde 5. In de hoofdlijnen van het
beleid bladzijde 5 lezen wij dat zal worden
gestreefd naar de totstandkoming van een direct
gekozen Westbrabantse bestuurlijke eenheid. Dit
leidt bij het het vasthouden aan drie bestuursla
gen tot een provinciale herindeling. Bij het hand
haven van de huidige provinciale indeling betekent
het naar onze mening onvermijdelijk dat een vierde
bestuurslaag wordt geaccepteerd. Ik teken hierbij
aan dat dan deze vierde bestuurslaag op democra
tische wijze tot stand moet komen.
Inmiddels zal duidelijk geworden zijn dat on
ze fractie op dit ogenblik, zij het met grote
voorzichtigheid, met de nota van het college kan
instemmen. Een afgewogen keuze onzerzijds is pas
mogelijk als een veel beter inzicht in het totale
takenpakket is verkregen. Uit alle discussies op
dit gebied is ons namelijk wel duidelijk geworden
dat hierover nog grote onduidelijkheid bestaat.
Mevrouw SAELMAN-BOELENIn de commissie heeft
D'66 al te kennen gegeven moeite te hebben met het
oordelen over een stuk waarover het niet kan oor
delen. Wij zijn het in grote lijnen eens met de
opmerkingen van de heer Van Duijl. Terwijl hij