295 15 MAART 1979 de commissie financiën is de vraag gesteld of over het algehele beleid ten aanzien van de bedrijven in de commissie bedrijven kan worden gediscussi eerd. Ik heb deze vraag "meegenomen" en ik zal haar nog eens speciaal bij mijn collega op tafel leggen. Overigens bestaat er wat mij betreft geen enkel bezwaar tegen dat de commissie bedrijven eens uitvoerig aandacht aan deze materie besteedt. Met betrekking tot de commissie financiën kan ik zeggen dat daar altijd gelegenheid is om op het beleid ten aanzien van de bedrijven in te gaan. Ik vind wêl dat bij de aanvaarding van het voor stel in principe wordt vastgesteld welk beleid we ten aanzien van de 1 miljoen gaan voeren, ter wijl we nog nader zullen terugkomen op het deel van de winst dat eventueel in het bedrijf zelf kan worden besteed, de wijze waarop zo'n besteding binnen het bedrijf tot stand kan komen en de be stemming die het betrokken bedrag kan krijgen. Er zijn mogelijkheden op het gebied van voorlichting over energiebesparende maatregelen, een hogere uitkering aan de algemene dienst en een eenmalige aanwending van bepaalde gelden. Over dergelijke maatregelen zouden we in de commissie bedrijven en in de commissie financiën nog eens moeten pra ten, nadat ook het college, dat zoals men heeft kunnen merken er zelf nog niet uit is, zich er over nader heeft beraden. Als tweede "kunstgreep" noemt de heer Van de Steenoven de verlaging van de reserve voor nieuw beleid. Ik vind die verlaging niet zo zeer een "kunstgreep" als wel een bijstelling op reali- teitsgrondenje komt tot de conclusie dat de mo gelijkheden zijn verminderd, niet doordat de ge meenten minder geld zouden krijgen, maar doordat de groei van de uitkeringen aan de gemeente min der groot is dan hij in voorgaande jaren is ge weest. Er is dus nog wel groei, maar deze is be perkter dan tot nu toe. In dat verband constateer je dan dat je beschikt over een door de raad on derschreven budgetmethodiek. De raad heeft gekozen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 295