23 APRIL 1979
aanvaard en naar aanleiding van dit besluit wil
ik de volgende vragen stellen.
1Wat zijn de argumenten van het college geweest
om aan deze uitnodiging gehoor te geven?
2. Welke betekenis heeft deze uitnodiging voor de
huidige aanleg van stadsverwarming in de ge
meente Breda?
3. Wilt u ons een verslag van de studiereis voor
leggen en dat bespreekbaar maken in de commis
sie bedrijven?
4. Bent U, als er geen argumenten zijn en de reis
niet zinvol is gezien de besluitvorming verle
den maand in deze raad betreffende de stadsver-
warmingsproblematiekniet mét ons van mening
dat aan de uitnodiging geen gehoor moet worden
gegeven?
ANTWOORD
1De Zweedse Handelsdelegatie baseerde haar uit
nodiging aan elf Nederlandse gemeenten op de
ervaringen met stadsverwarming in Zweden gedu
rende de laatste dertig jaren. Het leek haar
raadzaam een open dialoog met de collega's van
verschillende gemeenten in Zweden te doen voe
ren om aldus eventueel de taak van de betrokken
Nederlandse gemeenten op dit gebied te kunnen
verlichten.
Er zou overleg kunnen worden gepleegd met de
specialisten van een drietal Zweedse gemeenten,
waar gedurende de laatste jaren moderne instal
laties zijn gerealiseerd. Het ging hier dus
niet om aquisitieve activiteiten van particu
liere ondernemingen. Uit de uitnodiging bleek
voorts, dat het tijdsbeslag op de leden van de
delegatie van korte duur zou zijn (met inbe
grip van een zondag) en dat de kosten voor de
betrokken gemeenten van beperkte omvang zouden
zijn.
Het is uiteraard moeilijk nut en waarde van een
dergelijke studiereis objectief te meten. De
uitnodiging bood perspectief op verbreding van