372
23 APRIL 1979
voorbereidingsbesluit ten grondslag hebben gele
gen, de contacten met het bedrijf op korte termijn
voorgezet? Mijns inziens is het in het kader van
de werkgelegenheid ordentelijk die onderhandelin
gen althans voort te zetten.
De heer VAN DE STEENOVEN: Mijnheer de voor
zitter. Ik ben toch niet helemaal tevreden met uw
beantwoording van de vraag naar aanleiding van de
openbaarheid van stukken. Het is duidelijk dat de
raad in verband met dit voorstel de taak heeft te
beoordelen wat het college in het verleden heeft
gedaan, onder meer door een bepaalde beslissing
ten aanzien van de gevraagde bouwvergunning te
nemen. De raad heeft in dezen een soort rechtspre
kende taak, waarbij het van belang is over alle
belangrijke stukken en niet alleen over de eind
adviezen te beschikken. Ik vind het erg vervelend
als je op een gegeven ogenblik een advocaat van
een particuliere firma moet gaan vragen of hij
alstublieft de fotokopieën van belangrijke brieven
wil toesturen. Op die manier kan de gemeenteraad
moeilijk functioneren, want we kunnen ook van die
zijde eenzijdig worden geïnformeerd. Voor een goe
de oordeelsvorming lijkt het mij nodig dat in dit
soort aangelegenheden méér dan alleen eindadviezen
wordt toegezonden.
Wethouder Van Dun heeft gezegd dat wij nu in
eens "abrupt" om voorbereidingsbesluiten en be
stemmingsplannen zouden gaan vragen. In eerste
termijn heb ik er echter op gewezen dat wij dat
in het verleden óók al hebben gedaan. Dit pleidooi
komt dus niet zo abrupt. Ik vind het ook wat ge
makkelijk om nu ineens met het argument van in
spraak te komen. Er worden heel dikwijls plannen
gerealiseerd waarbij helemaal geen inspraak te
pas komt. Ik vraag mij af hoeveel inspraak bij dit
plan aan de orde is geweest of nog zal komen. Bo
vendien wijs ik erop dat het, ook als er voorbe-
reidingsbesluiten zijn genomen, nog heel goed mo
gelijk is aan inspraak te doen. De inspraak vormt