23 APRIL 1979 431 in de problemen zouden kunnen komen. Wil je spoed betrachten, wil je met andere woorden deze kwestie ten voordele van de woonwagenbewoners zo snel mo gelijk op de rol brengen, dan moet je bedenken dat de opvatting die in de motie wordt uitgesproken wel eens voor vertraging zou kunnen zorgen. Wanneer alles opnieuw in de raad ter discussie moet komen, is het heel goed mogelijk dat dat vertraging ople vert en het is de vraag of de realisering van de tweede lokatie daarmee geholpen is. Ik denk dat de raad zich door vanavond het collegevoorstel te aanvaarden voldoende uitspreekt om het college op dat punt carte blanche te kunnen geven, zij het uiteraard dat de dingen duidelijk naar commissie en raad teruggemeld kunnen worden en daar kunnen worden bediscussieerd. Een andere moeilijk is gelegen in de derde overweging van de motie, luidende dat "de inrich ting van een noodcentrum/noodcentra wellicht een goed middel is om een spoedige oplossing te ver krijgen". Deze zinsnede is namelijk duidelijk in tegenspraak met de toelichting op de motie die de heer' Koertshuis heeft gegeven. Hij heeft namelijk gezegd dat de V.V.D. in principe een noodcentrum niet afwijst. De heer KOERTSHUIS: Ten aanzien van het woord "wellicht" zijn wij niet zo principieel. U hebt mij inderdaad horen zeggen dat wij in principe niet tegen een noodcentrum zijn. Het woord "wel licht" hoeft geen breekpunt te vormen. De heer HENDRIKSENDeze toelichting is dui delijk; ik denk dat hierop tijdens een schorsing of onder welke omstandigheden dan ook nog wel zal worden teruggekomen. In ieder geval ben ik blij met de kanttekening van de kant van de V.V.D. Een en ander neemt niet weg dat ik door de toelichting van de heer Koertshuis in grote pro blemen ben gekomen. Toen we de motie aan het begin van de avond van de heer Koertshuis hadden gekre gen en er in de fractie wat opmerkingen over

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 431