444 23 APRIL 1979 groeit dan op het ogenblik dat de gemeenschappe lijke regeling werd geaccepteerd te voorzien was, is een uitbreiding tot 80 mogelijk. Op het ogen blik zijn we in het Woonwagenschap druk bezig al lerlei berekeningen te maken, waarover het colle ge reeds een brief heeft ontvangen. Het college meent de raad te moeten voorstellen de uitspraak te doen dat Breda zich niet aan zijn verantwoorde lijkheid zal onttrekken. Op het ogenblik geldt niet de norm van 1 1.500, maar de norm van 1 2.000. Zodra de aanwas groter wordt, dient Breda zijn verantwoordelijkheid te kennen: dat is hetgeen wij in punt 3 hebben neergelegd. Voor de genen die een positievere formulering willen zien, is deze mijns inziens nu in deze discussie tot uiting gekomen, zodat zij ook in de raadsnotulen zal worden vastgelegd. Met punt 4 kan, zo heeft de heer Koertshuis gezegd, de V.V.D.-fractie akkoord gaan. Wij achten het, zoals we ook in het voorstel hebben geschre ven, bestuurlijk wenselijk dat in het kader van artikel 19 van de Wet op de ruimtelijke ordening een verklaring van geen bezwaar wordt aangevraagd nadat een ontwerp-bestemmingsplan ter visie heeft gelegen, de eventuele bezwaarschriften zijn behan deld en de raad het bestemmingsplan heeft vastge steld. In dit verband wil ik meteen ingaan op een opmerking van de heer Garritsen, die heeft ge vraagd hoe het met de snelheid van de procedures zit. Op grond van drie overwegingen heeft het col lege uiteindelijk voor de Haagse Beemden gekozen. In de eerste plaats biedt die keuze mogelijkheden die goed voldoen aan de gehanteerde criteria, ont wikkeld door de ambtelijke werkgroep in overleg met C.R.M. en de provincie. In de tweede plaats zien wij bij een keuze voor de Haagse Beemden méér mogelijkheden in het kader van de Wet op de ruimtelijke ordening om tot een versnelling van de realisering te komen. In de derde plaats zijn er in Haagse Beemden uit sociaal oogpunt betere

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 444