23 APRIL 1979 451 - mogelijkheden tot integratie, die ook in het decentralisatiebeleid van C.R.M. voorop staan Op die drie gronden hebben wij een beslissing genoemen en zullen we verder gaan werken. De heer Koertshuis heeft nog een vraag gesteld over een klein nuanceverschil tussen de ambtelijke rapportage en het raadsvoorstel. Ik wijs erop dat vanavond alleen het raadsvoorstel aan de orde is en dat de ambtelijke rapportage vertrouwelijk door het college naar buiten is gebracht. In het raads voorstel, dat op dit ogenblik aan de orde is, staat dat het realiseren van 30 standplaatsen elders in Breda zou kunnen inhouden dat het centrum aan de Terheijdenseweg wordt teruggebracht tot 30 stand plaatsen. Er staat "zou kunnen", omdat het afbou wen tot 30 standplaatsen van "Driekoningenoord" geen zaak van het college van burgemeester en wet houders van Breda, maar een zaak van het Woonwagen schap is, waarover het Woonwagenschap met C.R.M. dient te onderhandelen. Hierbij zou ik het in eerste termijn willen laten. De VOORZITTER: Ik heb begrepen dat mevrouw Paulussen in een schorsing over de motie van de heer Koertshuis overleg in het college zou willen plegen. In verband daarmee schors ik de vergadering. SCHORSING. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. Dames en heren. Ondanks langdurig overleg tijdens de schorsing is het niet mogelijk gebleken op dit ogenblik tot besluitvorming met betrekking tot agendapunt 40 te komen. Er zal nog uitvoerig beraad over de motie moeten worden gehouden, ook in de boezem van het college. In verband hiermee heb ik zojuist met de fractievoorzitters mogen af spreken dat morgen of liever gezegd: vandaag om 17.00 uur de behandeling van de agenda zal wor den voortgezet. Ik sluit de vergadering. (0.48 uur)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 451