457 24 APRIL 1979 Voldoende ondersteund zijnde maakt de motie mede onderwerp van beraadslaging uit. De heer GARRITSEN: Kan ik voor de goede orde de tekst van de motie in mijn bezit krijgen? Mo ties worden toch altijd gekopieerd? De VOORZITTER: Dat zal onmiddellijk gebeuren. Het kon niet eerder dan nadat ik de motie had voorgelezen. De heer KOERTSHUISIk zal mij zo veel moge lijk beperken, te meer daar u, mijnheer de voor zitter, ons hebt gevraagd vrijwel alleen nog over de motie te discussiëren. Naar mijn mening hoeft er over de motie nauwelijks meer iets te worden gezegd. Toch wil ik nog enkele opmerkingen maken, maar ik zal het kort houden. De functiewethouder heeft in haar beantwoor ding in eerste termijn enige vragen van onze kant laten liggen. Zo hebben wij een vraag gesteld naar aanleiding van een uitspraak op blz. 5 van het voorstel over inspraak en informatieverschaffing. Volgens het college is een procedure voor inspraak en informatieverschaffing pas goed op te zetten indien een definitieve lokatie is gekozen. Onze vraag was of wij hieruit moeten afleiden dat er ten aanzien van de lokatie geen feitelijke inspraak zal zijn. Wordt er bijvoorbeeld alleen op de in richting gedoeld? Ook is de wethouder niet ingegaan op onze op merkingen over de volgende zin op blz. 14 van het voorstel: "De aanleg van een tijdelijk(e) centrum (centra) is alleen mogelijk op locaties, welke niet worden ingericht tot een definitief centrum." Wij hebben deze stelling niet kunnen terugvinden in een wettekst en wij beschikken uit informatie van de kant van C.R.M. waaruit blijkt dat de stel ling niet juist is. C.R.M. zou er juist de voor keur aan geven dat noodcentra worden gesitueerd op lokaties op of nabij het definitieve centrum. Daarnaast blijkt uit informatie van C.R.M. dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 457