m 479 24 APRIL 1979 Mevrouw DEN OUDEN-JANSENWij gaan met dit voorstel akkoord, maar ik zou een kleine toevoe ging willen voorstellen. In de commissie hebben wij al onze bezorgdheid uitgesproken over het tweerichtingverkeer voor zowel fietsers als brom fietsers. Ik zou willen voorstellen een verbod voor bromfietsers in te stellen en voor de fiet sers het tweerichtingverkeer slechts toe te laten op de voorwaarde dat de situatie een jaar na het gereed komen van de reconstructie zal worden ge- evalueerd en dat het college ons van zijn bevin dingen op de hoogte zal stellen. Als er dan geen bezwaren zijn, kan de situatie blijven zoals zij is; zo nodig kan de reconstructie echter ook onge daan worden gemaakt. De heer TEN WOLDE: Gezien de situatie waarin we ons bevinden, moeten we mijns inziens onze op merkingen kort houden. Over dit agendapunt wil ik zeggen dat het in het kader van het binnenstads- beleid goed is dat de Haagdijk dezelfde aandacht krijgt als het zo veel geroemde kernwinkelappa- raat ook overigens ontvangt. Wij hopen te zijner tijd ook met een voorstel voor de Boschstraat te worden geconfronteerd, want wij zijn van mening dat de Haagdijk en de Boschstraat fundamenteel tot het kernwinkelapparaat van Breda behoren. Herin richting zal onzes inziens bijdragen tot een op bloei, hopelijk tot het peil van de oude situatie. Met de opmerking van mevrouw Den Ouden kan ik het volledig eens zijn. Mevrouw SAELMAN-BOELENIk zou willen vragen waarom dit onderwerp alleen in de commissie ruim telijke ordening is behandeld en niet in de com missie openbare werken. Toen we indertijd moesten stemmen over bomen op de Haagdijk, kwam dat in de commissie openbare werken aan de orde. Ik vind de gang van zaken te dien aanzien altijd een beetje duister. Naar mijn mening hoort dit voorstel te vens in de commissie openbare werken en misschien ook wel in de commissie economische zaken thuis.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 479