519 17 MEI 1979 5. Bijlage nr. 142: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET AANGAAN VAN EEN OVEREENKOMST BETREFFENDE VERWERVING VAN ONROEREND GOED. (D) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van bur gemeester en wethouders besloten. 6. Bijlage nr. 143: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS MET BETREKKING TOT VERDERE SUBSIDIËRING VAN HET JONGEREN ADVIES CENTRUM. (W) De heer VAN ASSELDONK: Bestudering van de bij dit voorstel behorende stukken zou kunnen leiden tot een soortgelijke discussie als die van 23 juni 1977. Nog steeds staan diverse leden van onze fractie sceptisch tegenover dit J.A.C. en de metho den die het aanhangt. Wij menen echter dat in het onderhavige voorstel een meer centrale plaats wordt ingenomen door het tijdelijk karakter van de subsidie en het overhevelen van de ene naar de an dere dienst. De V.V.D-fractie erkent dat het be stuurlijk ongewenst is het tijdelijk karakter van de subsidie te blijven handhaven. Je subsidieert, of je subsidieert niet; bestuurlijk vinden wij dan ook dat de subsidie definitief kan worden. Ten aanzien van de werkzaamheden willen wij dit J.A.C. het grootst mogelijke voordeel van de twijfel geven. Vooral met het oog op de indruk die naar buiten toe wordt gewekt ik verwijs naar recente perspublikaties over de 1 mei-viering en de landelijke kraakdag maar ook na lezing van het verslag over 1978 ontkom je niet aan het sig naleren van de uiterst socialistische denkwijze van deze instelling. Moeilijk zal het daarom steeds blijven taak 1 en taak 2 te scheiden. Als een rode draad loopt door het gehele gebeuren de politise rende hulpverlening. De V.V.D.-fractie is echter tot haar standpunt gekomen, omdat zij meent dat de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 519