17 MEI 1979
522
is eigenlijk overgeschreven, maar daar ga ik nu
niet op in denk ik dat wij er goed aan zouden
doen te laten merken dat juist het feit dat we be
grip voor de situatie van het J.A.C. hebben, ons
de plicht oplegt in de preventieve sfeer te voor
komen dat het J.A.C. in de fout gaat. Ik zou wil
len besluiten met name de mensen van het J.A.C.
de beroepskrachten maar met name ook de vrijwilli
gers, heel veel succes toe te wensen, onder de
voorwaarde dat zij van achter hun bureau, op welke
academie dan ook, met beide benen op de grond kun
nen blijven staan.
De heer OOMEN: Ik heb mijn jak maar uitgetrok
ken, zodat met name voor de heer Van Asseldonk mijn
kleur goed te zien is!
De heer VAN ASSELDONK: Je hebt nog niet veel
in de zon gezeten, Jan!
De heer OOMEN: Juist doordat de zon pas zo
kort aanwezig is, ben ik nog een beetje rood;
straks word ik bruin!
Men zal begrijpen dat onze fractie positief
tegenover de werkzaamheden van het J.A.C. staat.
Ik heb mijn opmerkingen namens de P.v.d.A.-fractie
in een viertal onderdeeltjes verdeeld.
In de eerste plaats wil ik iets opmerken over
de uit het jaarverslag blijkende cijfers ten aan
zien van de activiteiten die het J.A.C. ontplooit,
waarbij ik wil aangeven hoe zeer dat te maken heeft
met de problematiek op het gebied van de huisves
ting in Breda, die we de laatste weken hebben be
handeld en die ook de komende weken nog aan de or
de zal komen. Ik wijs op de getallen over de hulp
verlening in 1978: maar liefst 19 van de hulpver
lening had te maken met onderdak en 21 met huis
vesting. Het verband van de getallen met jongeren
huisvesting is ook frappant gezien het feit dat
46 van de hulpverlening jongeren tussen 19 en
25 jaar betrof.