17 MEI 1979
554
inderdaad zo te zijn. De heer Brokx heeft ons ver
teld dat er een landelijk woningdifferentiatie-on
derzoek gehouden is en dat de uitkomsten daarvan
in het voorjaar bekend zouden zijn. Zoals uit het
voorstel blijkt, gingen wij op het ogenblik dat
het voorstel werd opgesteld van die veronderstel
ling uit. De laatste contacten met de heer Brokx
hebben ons geleerd dat de onderzoeksresultaten pas
aan het eind van dit jaar beschikbaar zullen zijn.
Daar komt dan nog bij dat zoals wij ook in het
voorstel hebben bedoeld te zeggen -- de resultaten
op dat ogenblik nog niet op de regionale behoefte
toegespitst zullen zijn. Er zal een aparte uit
draai en een aparte vertaling moeten komen om de
resultaten, zo de onderzoeksopzet aan onze bedoe
lingen beantwoordt, regionaal bruikbaar te maken.
Dit betekent dat we om die redenen
en zeker op grond van onze laatste informaties
concluderen dat het hulpmiddel van het landelijk
woningmarktonderzoek ontbreekt. Uit het voorstel
blijkt voorts dat andere onderzoeksmogelijkheden,
zoals literatuurstudie, wat moeilijk te hanteren
zijn. In dit verband verwijs ik naar de literatuur
studie die we hebben ondernomen in het kader van
het indicatief onderzoek naar de woningbehoefte in
de binnenstad. Zoals men weet hebben we daarbij al
le beperkingen die aan "een" literatuurstudie ver
bonden zijn, aangelegd, maar we hebben de fout ge
maakt dat het beroemde cijfer van 55 woningwet-
bouw in de binnenstad te absoluut een eigen leven
is gaan leiden. Het gevolg was een vrij grove eli
minatie, waarbij de enige methodiek die voor de
sociografische dienst en voor ons voor de hand lag,
het steekproefsgewijs opgezette onderzoek was. Ove
rigens zal het mevrouw Muntjewerff bekend zijn dat
de steekproef nogal uitgebreid is, aangezien er
1 op de 1.200 Bredase gezinnen wordt onderzocht.
Ik vind dat niet niks.
Bezwaren heeft mevrouw Muntjewerff tegen enke
le onderzoeksvragen die zij deels onvolledig, deels
te veel "gericht" vindt. Zonder mij te veel op het