56
11 JANUARI 1979
dat de subsidiëring van Brevoc in de raad wordt
behandeld.
De heer DE BROUWER: Nu is het Brevoc, maar
straks is het een paalzitter of een cricketclub
die het erg goed doet. Daarvoor geldt dan het
zelfde.
Wethouder WELSCHEN: Ik denk dat dat niet kan.
De regeling is niet in het leven geroepen om uit
sluitend bijzondere subsidies te geven. Er zijn
normale subsidies, die allemaal bekend zijn en via
de algemene regel lopen. Daarnaast is er een bij
zondere mogelijkheid om in incidentele gevallen
eens iets te kunnen doen; voor dat doel is een
klein potje beschikbaar. Zoals men weet geldt de
regeling voor een half jaar, het kleine potje zal
in dat halve jaar waarschijnlijk een aantal keren
worden aangewend voor kleine bedragen en de heer
De Brouwer vraagt die kleine bedragen in de raad
te brengen. Daar komt het concreet op neer.
Ik wijs erop dat zulke kleine bedragen snel
moeten kunnen worden uitgekeerd. Als er in een
wijk een activiteit moet worden ondernomen, moet
je snel kunnen reageren. Wanneer nu wordt bepaald
dat alle voorstellen op dat gebied in de raad aan
de orde moeten komen,
De heer VAN ASSELDONK: Zou de wethouder ter
verduidelijking eens een voorbeeld kunnen geven?
We kennen in de sector cultuur ook zo'n potje en
dat staat mij wel aan.
Wethouder WELSCHEN: Ik kan mij voorstellen
dat een handbalvereniging in de buurt waar zij
pleegt te spelen, een tournooi wil organiseren en
daarvoor niet-georganiseerde wijkbewoners wil uit
nodigen om hen met handbal kennis te laten maken.
Een dergelijke activiteit zou uit deze pot mede
kunnen worden gesubsidieerd.
Voor zover ik het kan beoordelen, gaat de
discussie in feite over de Brevoc-subsidie, want
daarnaast is alleen het uitkeren van zeer kleine