598 7 JUNI 1979 De heer CRUL: Dat laatste is ook niet het ge val. Wij hebben gezegd dat het programakkoord be neden ons minimum ligt. In het programakkoord is ten aanzien van de woningbouwprogramma's niets con creets overeengekomen. Wèl vinden wij dat wat de woningbouw en het oplossen van de woningnood be treft niet in de geest van het programakkoord wordt gehandeld. Dat is het punt waar het vanavond steeds om gaat en de heer Eissens moet niet de indruk wekken dat dat niet zo is. De heer EISSENS: Wilt u dan eens heel duide lijk aangeven waar dat dan zit! De heer CRUL: Zojuist heb ik al gezegd waarin het verschil zit. In ons eigen programma hebben wij -- evenals het C.D.A.; dat geef ik toe an dere punten staan dan er in het programakkoord staan. Wij hebben ons in het programakkoord zeer moeilijk kunnen vinden en we hebben gezegd dat het beneden ons minimum lag. De heer EISSENS: Akkoord, maar u heeft ten slotte "ja" gezegd. Dat betekent dat u dat dan ook als uitgangspunt moet gebruiken. De heer CRUL: We hebben tegen het programak koord "ja" gezegd en we voeren het nog steeds uit. Het gaat erom dat bepaalde dingen in wezen al wa ren geregeld voordat het programakkoord vast stond, zeker op het gebied van de woningbouw in de binnen stad, maar dat wij in het programakkoord afspraken hebben gemaakt ten aanzien van intenties, waarvan er één inhoudt dat aan het oplossen van de woning nood prioriteit 1 zal worden gegeven. In dit ver band vraag ik mij af wat collegiaal handelen bete kent. De inzet van het C.D.A. en waarschijnlijk van de V.V.D. is geweest zoals het nu in de voor stellen ligt. Daar is niets, maar dan ook helemaal niets aan veranderd. Niet alleen wij constateren dat, maar ook allerlei instellingen in de stad die zich met deze materie bezighouden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 598