7 JUNI 1979 621 sociaal plan wel wordt aangestipt, maar dat het niet voldoende in de besluitvorming tot uiting komtIn deze raad hebben we steeds betoogd dat een kwalitatief goede woonomgeving bij stadsver nieuwing van groot belang is. Dat zou ook in de besluitvorming moeten worden vastgelegd. Bovendien: als het dan de intentie van het college is de wel- zijnsinstellingen mogelijkheden te geven om op hun terrein activiteiten in het kader van de stadsver nieuwing te ontplooien, moeten die mogelijkheden ook worden gerealiseerd. We hebben hier te maken met een heel belangrijk instrument op het gebied van de stadsvernieuwing en er zal dan ook naar de mening van mijn fractie moeten worden onderzocht hoe de welzijnsinstellingen aan de benodigde fi nanciële middelen kunnen komen om de noodzakelijke activiteiten uit te voeren. Het resultaat van een nader onderzoek op dat punt zal onzes inziens in de meerjarenbegroting moeten worden verwerkt. Ter sprake zal in dat verband mede moeten komen de re latie tussen overheid en particulier initiatief, die we in het sociaal plan niet zo sterk omschre ven vinden. Overigens beseffen we dat die relatie met name ook bij de ontwikkeling van het sociaal- cultureel plan verder dient te worden uitgewerkt. De Partij van de Arbeid-fractie vindt het voorts dringend noodzakelijk dat er een aparte raadscommissie van advies en bijstand voor stads vernieuwingsactiviteiten komt. Nu deze plannen aan de orde zijn, nu te verwachten is dat, hoe de be sluitvorming ook zal uitvallen, op niet al te lan ge termijn een aantal zaken moet worden opgepakt, in de richting van de binnenstad, maar ook in de richting van de provinciale en de landelijke over heid, krijgt de stadsvernieuwing daardoor naar on ze mening zó veel gewicht, dat de commissie voor openbare werken de materie eigenlijk niet meer kan behappen. De agenda's van die commissie zijn al overvol en wij vinden dat de stadsvernieuwing zó belangrijk is, dat zij in een aparte commissie aan de orde zou moeten komen. Op die manier kan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 621