680 11 JUNI 1979 dat er toch wel het een en ander mogelijk is. Ik meen te kunnen zeggen dat de wethouder van finan ciën die hier zat een vrij consistente opvatting heeft gehad over het financiële beleid in de stad Breda. Verder merk ik op ik wil de discussies daarover in deze gemeenteraad niet herhalen dat een gezond financieel beleid een voorwaarde is om te kunnen besturen. Op een bepaald moment speelt het zelfs mee bij de mogelijkheid tot het verkrij gen van de goedkeuring van de zijde van de toe zichthoudende instanties. Kunnen wij als raad bin nen het kader van de financiële mogelijkheden die er zijn de stad zelf besturen of leveren wij ons uit aan anderen? Het tweede item is altijd geweest dat risico's bij een zo groot bedrijf als de gemeente Breda nooit helemaal kunnen worden voorkomen. Besturen houdt ook in het durven nemen van risico's, maar voorzover die risico's bekend zijn dienen zij te worden geëtaleerd en ook te worden beperkt. Het is niet verantwoord onbeperkt risico's te nemen en te spelen op de dag van morgen met de gedachte: wie dan leeft die dan zorgt. Ik denk dat dat onverant woord en voor de burgers van Breda een slechte zaak zou zijn. Een derde stelling, waarvoor ik nog steeds sta, is dat keuze binnen het financiële kader na tuurlijk mogelijk is, maar daarbij teken ik aan dat er uiteraard verschillende praktische situaties zijn waar de raad ook niet omheen kan. Voor wat betreft de financiën kunnen wij niet van vandaag op morgen totaal andere prioriteiten gaan stellen. Wel kunnen er in gezamenlijk overleg en in opbouwen de zin nieuwe initiatieven worden genomen, waarbij misschien oude worden afgebouwd. Ik wil nog één ding zeggen over de algemene financiële positie en men kan dat leuk vinden of niet; ik vind niet dat de wethouder van financiën tot taak heeft alleen maar leuke dingen te vertel len. Ik heb wel eens het gevoel dat wanneer iets kan, dit mogelijk is ondanks financiën, en dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 680