11 JUNI 1979
707
zover wij het kunnen beoordelen, geloven wij niet
dat wij op die manier als wij dat al zouden wil
len de benodigde financiële ruimte kunnen krij
gen om nieuwe woningbouw in feite voor dezelfde
bewoners te realiseren. Tot nu toe is steeds
gebleken en dit is ook door bijna alle fracties
onderschreven dat het in bezit houden van het
goedkope woningbestand van essentieel belang is om
de woningnood mede te helpen oplossen; ik meen dat
ook de heer Van Dun dat aan de orde heeft gesteld.
Daar staan wij nu voor, maar u denkt blijkbaar al
tijd op wat langere termijn. De heer Van Dun heeft
dat nog eens uitdrukkelijk uit de doeken gedaan
toen hij op een gegeven moment een stukje geschie
denis vertelde. U denkt dat de door u voorgestelde
maatregelen inderdaad op langere termijn de woning
nood zullen helpen oplossen, maar in het verleden
is steeds gebleken dat die maatregelen op zich
geen soelaas bieden voor de groep burgers die zich
nu aandient en zich in de toekomst zal aandienen
voor volkshuisvesting.
De heer TEN WOLDE: Door een deel van het wo
ningbestand, dat niet ter beschikking is -- en waar
mee je dus niet meer mensen aan een woning helpt
kunnen wij financieringsmiddelen vrij krijgen
waarmee wij andere dingen kunnen doen en daar plei
ten wij voorDe heer Crul zal hierop toch een ant
woord moeten geven.
De heer CRUL: Dat antwoord zou de heer Broe
ders als financieel deskundige dan maar eens moe
ten geven. Voor zover mijn informatie strekt geeft
deze handelwijze niet het effect dat u ervan ver
wacht, maar wij vinden het een interessant punt om
verder over te praten.
De heer GARRITSEN: De heer Ten Wolde weet
toch ook wel beter? Zijn Tweede Kamer-fractie pleit
de laatste tijd ook voor verhoging van het aantal
woningwetwoningen en ziet de richting, die de V.V.D