708 11 JUNI 1979 hier inslaat, totaal niet meer zitten. Misschien loopt de V.V.D. hier echter nog wat achter. De heer TEN WOLDE: Ik begin nu te begrijpen dat de heer Garritsen het woningbouwdebat niet zo erg goed heeft begrepen. In de Tweede Kamer heeft de V.V.D.-fractie gepleit voor indien financi eel mogelijk een verhoging van het sociale wo- ningbouw-percentageHet antwoord dat ik zoeven gaf had eveneens betrekking op het vergroten van dat percentage en van de mogelijkheden in financi- eel-technische zin. Ik zeg alleen maar dat wij met de voorraad, die niet ter beschikking is en waar mee je dus niet meer mensen aan een nieuwe woning helpt, andere wegen moeten gaan bewandelen tenein de andere mogelijkheden te kunnen creëren. Wij heb ben dus wel degelijk hetzelfde voor ogen als de Tweede Kamer-fractie van de V.V.D.I De heer CRUL: Het zijn toch allemaal aflei dingsmanoeuvres van de heer Ten Wolde om van het wezenlijke probleem af te stappen, omdat hij de an dere mogelijkheden die wij op tafel hebben gelegd niet onderschrijft. Ik vind het een beetje triest dat hij daar steeds weer mee op tafel komt. De heer Van Dun heeft een belangrijke opmer king gemaakt over de politieke situatie van dit moment. Hij heeft gezegd dat begin- en eindpunt van de discussies in het college van wezenlijk be lang zijn geweest en dat in het college een in dringende discussie over deze aangelegenheid heeft plaatsgevonden, maar dat het uiteindelijke stand punt dat hier als eindresultaat op tafel ligt in wezen een gezamenlijk standpunt van alle college leden had moeten zijn. Ik begrijp niet hoe hij tot zo'n opmerking kan komen. Het begin- en eindpunt vormden geen compromis en dat kan bij de huidige samenstelling van het college ook niet. Alle frac ties gaan er toch in principe van uit de P.v.d.A. misschien wat meer dan V.V.D. en C.D.A. dat col legeleden leden van de fractie zijn. Wij nemen aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 708