11 JUNI 1979 735 wetenschappelijk rapport zou bepalen. Ik heb de in druk dat men nu ongeveer hetzelfde wil, dat men een rapport wil waarvan de uitkomst van tevoren vast staat, hetgeen naar mijn mening een onverantwoord financieel beleid zou zijn. Als de raad duidelijk heid wil, zijn er wel mogelijkheden. Wij zouden er nu wat meer miljoen in kunnen steken en daarbij het besluit kunnen nemen de onroerend-goedbelasting iets te verhogen, zodat wij de opbrengst de eerste jaren voor de sanering van het grondbedrijf kunnen gebruiken. Die uitspraak heb ik niet gehoord en ik hoop dat het spanningsveld tussen wensen en moge lijkheden bij de begrotingsbehandeling gunstiger zal blijken te liggen dan ik het nu inzie. Als de heer Crul de Haagse Beemden erbij haalt, vraag ik me af wat ik daar eigenlijk mee aan moet. Natuurlijk hebben wij destijds op basis van de bekende cijfers, van de prognoses van de sociografische dienst en van het woningprogramma een financiële uitkomst berekend. Daarbij hebben zich tegenvallende factoren voorgedaan, onder ande re het achterblijven van de woningbouw en het in zakken van het inwonertal. De heer Crul weet echter ook dat wij, als wij de Haagse Beemden niet zouden bouwen, voor de bestaande stad in de huidige begro ting minder middelen ter beschikking zouden hebben dan nu het geval is. Als wij de Haagse Beemden niet zouden bouwen, zouden wij nu al worden geconfron teerd met de financiële gevolgen voor de bestaande stad. Ik geloof dat het volledigheidshalve zo ver teld moet worden. De heer CRUL: Wethouder Broeders geeft toch toe dat wij op die risico's hebben gewezen en dat het college toen uitdrukkelijk heeft verklaard de risico's te willen aanvaarden? Wethouder Broeders geeft te kennen dat de nu voorgestelde dekking hem niet zo best voorkomt en hij geeft een andere dek king aan; betekent dat dat er over te praten valt of is het zomaar een opmerking.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 735