21 JUNI 1979
816
waar de wijkraad reeds om heeft gevraagd zal
plaatsvinden, maar zo ver zijn we op dit ogenblik
nog niet. Voorts is aan de gebruikende verenigin
gen en aan de Sp.A.R. al tijden geleden overleg
toegezegd. Door een naar mijn mening betreurens
waardig misverstand is ten aanzien daarvan iets
anders in de publiciteit gekomen. We hebben echter
in later overleg de dingen nog eens op een rij ge
zet, waarbij we hebben geconstateerd dat de sectie
van de Sp.A.R. bij de gang van zaken betrokken was
en dat er toezeggingen zijn gedaan; vastgesteld
moet worden dat in de commissie toezeggingen zijn
gedaan en dat tevoren ook aan het dagelijks be
stuur van de Sp.A.R. duidelijkheid was gegeven.
Een en ander had niet op deze manier hoeven te lo
pen. Duidelijk is dat voor wat de sportadvisering
betreft de sectie en de Sp.A.R. bij de gang van
zaken betrokken zullen blijven. Met betrekking tot
de toekomst van de verenigingen wordt, evenals dat
in het verleden ten aanzien van dit voorstel heeft
plaatsgevonden, overleg gepleegd. Daar kunnen we
gewoon van op aan. Overigens moet ik hierbij aan
tekenen dat de Sp.A.R. van de totale advisering
per definitie slechts een gedeelte kan verzorgen,
omdat je een recreatiezwembad niet alleen uit de
hoek van de georganiseerde sport kunt benaderen.
In feite wordt als ik mij niet vergis aan de Vier-
windenstraat gedurende een uur of vier aan onder-
waterhockey gedaan, terwijl er gedurende vijf of
zes uur andere georganiseerde zwemsport wordt be
dreven. Voor het overige vinden gedurende de tota
le openingstijd andere activiteiten plaats die ook
op een andere wijze beadviseerd moeten worden dan
door de Sp.A.R. die op het ogenblik toch wel erg
sterk de georganiseerde sport vertegenwoordigt.
Overigens zijn de Sp.A.R. en wij het daar volstrekt
over eens.
Uit het verzoek van de heer Martens het voor
zieningenpakket in de binnenstad zo nauwkeurig mo
gelijk in de gaten te houden, leid ik af dat hij
van mening is dat we, wanneer op een gegeven