15 FEBRUARI 1979 83 8. Is er overleg geweest met het gemeentebestuur van Hoeven dat vrijdagmiddag 6 oktober de vier wagens naar Hoeven gesleept zouden worden? Zo ja, wanneer heeft dit overleg plaatsgevon den en met welk resultaat? 9. Indien er geen overleg gevoerd is, waarom niet? 10. Is het bericht juist dat de gemeentepolitie van Breda vrijdag 6 oktober opdracht gekregen heeft om te zorgen dat de woonwagenbewoners de gemeente Breda niet meer in zouden mogen in dien de gemeente Hoeven deze woonwagenbewoners geweigerd zou hebben? 11. Is het college niet met ons van mening dat op ontoelaatbare wijze druk op de bewoners is uitgeoefend en wel door hun uitkering van de gemeentelijke sociale dienst afhankelijk te stellen van vrijwillig vertrek uit Breda? 12. Is het college bereid een verzoek tot onthef fing van art, 10 lid 1 van de woonwagenwet voor de bewoners met hun vier wagens te verle nen? ANTWOORD ad 1 Het was ons college niet bekend, dat op het moment, dat wij voornemens waren twee standplaatsen voor woonwagens op een terrein achter de Boschstraat beschikbaar te stellen, er twee woonwagenbewoners het land afreisden om een standplaats te zoeken. ad 2 Gelet op het antwoord op vraag 1 behoeft deze vraag geen antwoord. ad 3. Het door U bedoelde terrein was uitsluitend be doeld om standplaats te bieden aan de twee onvol ledige gezinnen van de betreffende familie. Het zou hoogstens tijdelijk voor dat doel beschikbaar kunnen zijn, In verband daarmede zouden slechts

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 83