841 21 JUNI 1979 uitgaven nu al zo veel hoger blijken te liggen dan oorspronkelijk was geraamd. Daarvoor zijn argu menten aangevoerd, die we al dan niet kunnen ac cepteren, maar die op zichzelf minder belangrijk zijn. Mijn fractie wil echter vooral met nadruk de aandacht vragen voor het volgendeindien nu al blijkt dat de uitgaven hoger uitkomen, vragen wij ons af wat er in de toekomst gaat gebeuren. Bij voortzetting van deze trend, zal het KEMA-rapport opnieuw ter discussie moeten worden gesteld, want dan zouden er enkele ernstige berekenings- of taxatiefouten zijn gemaakt. De heer DREEF: Eind november is deze raad in meerderheid akkoord gegaan met het voorstel tot het aanleggen van stadsverwarming in de Haagse Beemden en Breda-noord. Op de destijds gehouden beraadslagingen ga ik uiteraard niet verder in, maar ik wil eraan herinneren dat er toen indrin gend is gediscussieerd over de financiële kanten van de plan en de investeringen. Te dien aanzien zijn toezeggingen gedaan aan de raad. Voorts is vaak gewezen op de betrouwbaarheid van het KEMA- rapport waarop de plannen zijn gebaseerd. Nu we een goed half jaar verder zijn, krijgen we al het tweede voorstel tot het vaststellen van bestek en voorwaarden voor de bouw en installatie van onder stations voor stadsverwarming. Het gaat nu weer om een bedrag van 124.300,dat in vergelij king met wat in het KEMA-rapport is opgenomen, extra moet worden geïnvesteerd. De argumentatie die aan dit voorstel ten grondslag ligt, spreekt mij niet zo aan. Men had, wat de bouwkundige voor zieningen betreft, bij een goede calculatie kun nen weten of er wel of niet zou moeten worden ge heid. Hetzelfde geldt voor de installatiekosten Nogmaals: een half jaar geleden zou het KEMA-rap port als uitgangspunt voor dit project dienen. Het gaat ik heb het al gezegd vanavond om een bedrag van 124.300,—. Met het vorige erbij is het totaal nu al 153.400,geworden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 841