86
15 FEBRUARI 1979
tweede keer mijn vraag niet willen beantwoorden.
Zowel in de commissie O.W. als nu in de gemeente
raadsvergadering is mijn vraag niet beantwoord.
Indien het al of niet beantwoorden van vragen af
hankelijk wordt gesteld van de beoordeling door de
PSP van het CDA of van het vele tegenstemmen, dhr.
van Dun, van de PSP dan worden de spelregels die
er zijn behoorlijk verkracht. De voorstellen van
het College aan de raad zijn voor zover mij bekend
is nog steeds voorstellen van een College waarin
meer partijen dan enkel het CDA zitting hebben.
Ik hoop dat wat zich afgelopen raadsvergadering
heeft afgespeeld een incident is geweest en dat de
voorzitter er voor wil zorgen dat herhaling voor
komen wordt.
Gelukkig heb ik in de korte tijd ervaren dat er
collegeleden zijn (dhr. Broeders en mevr. Paulus-
sen) die mijn vragen in de raad welke zij niet di
rect konden beantwoorden, uiterst correct en snel,
schriftelijk beantwoord hebben. Mogelijk dat deze
meer democratischer instelling door een aantal an
dere leden overgenomen kan worden. Op dit ogenblik
rest mij niet anders dan de niet beantwoorde vra
gen ex art. 40 van het regl. van orde te stellen.
1. Het voorbereidingsbesluit dat voor het gebied
achter de Lange Stallen wordt voorbereid, is
hiermee eerst aangevangen nadat bewoners en
wijkcomité hun bezwaren tegen het puinstorten
door Mols b.v. aan openbare werken en aan stads
ontwikkeling kenbaar gemaakt hebben? Zo niet is
het College dan bereid om de stukken te over
leggen zodat deze ontkenning geverifiëerd kan
worden?
2. Indien de eerste vraag bevestigend wordt beant
woord, is het College dan niet met mij van me
ning dat de woonfunctie voor dit gebied onvol
doende beschermd is?
3. De milieu artikelen welke in het Stadsblad ge
plaatst gaan worden, kan de inhoud van deze
