921 25 JUNI 1979 De heer DE BROUWER: Onze fractie wil best ak koord gaan met votering van het gevraagde krediet, maar wel onder de voorwaarde dat de resultaten van het onderzoek worden getoetst, zowel aan hetgeen de bewonersgroepen in het verleden over deze zaak naar voren hebben gebracht als aan de resultaten van een nieuwe inspraakronde onder die bewoners- groepen. Wethouder VAN DUN: Ik meen dat ik op wat de heer Garritsen heeft gezegd niet behoef te antwoor den, want hij heeft uitsluitend een stelling inge nomen De heer De Brouwer meent dat de resultaten van het onderzoek moeten worden getoetst aan hetgeen vanuit de wijk op tafel is gelegd, hetgeen inder daad zal gebeuren. Een nieuwe inspraakronde lijkt mij wat overbodig, omdat juist contact met de wijk zal worden opgenomen op basis van hetgeen vanuit de wijk op tafel ligt en hetgeen uit het onderzoek naar voren komt. Als de heer De Brouwer dat een nieuwe inspraakronde wil noemen vind ik dat best, maar de discussie met de wijk wordt dus gehouden op basis van wat van die kant al op tafel is ge legd en hetgeen uit ons onderzoek naar voren komt. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethou ders besloten, met aantekening dat de heer Garrit sen geacht wil worden tegen te hebben gestemd. 44. Bijlage nr. 203: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN AANVULLEND KRE DIET VOOR HET OPSTELLEN EN HET ORGANISEREN VAN INSPRAAK AANGAANDE HET GROENSTRUCTUURPLAN VOOR DE BINNENSTAD. (D) De heer GOOSOnze fractie gaat graag met het beschikbaarstellen van dit aanvullende krediet ak koord, met name nu wij halverwege de bladzijde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 921