25 JUNI 1979 930 wel wat meer haast had moeten maken. Wethouder PAULUSSEN: Ik herinner mij dat me vrouw Saelman de door haar gestelde vraag in de com missie naar voren heeft gebracht. In de vergadering daarna is die vraag ook beantwoord, maar ik weet op dit moment niet meer hoe het antwoord luidde; ik zal dat nog nagaan. Ik meen evenwel te weten dat een en ander is gekoppeld aan de Woonwagenwet. De heer Garritsen blijft moeite houden met de procedure en ik heb al gezegd dat ik zijn mening deel. Wij hebben geprobeerd de kwestie van de on derbezetting van de ambtelijke assistentie van het Woonwagenschap structureel aan te pakken. Het Woon wagenschap is verzocht een tweede functionaris te mogen aanstellen, waarmee wij nu bezig zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethou ders besloten. 48. Bijlage nr. 207: VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET VASTSTELLEN VAN TARIEVEN VOOR HET GEBRUIK VAN DE PARKEERGARAGE AAN DE MR. DR. FREDERIKS- STRAAT. (D) De heer BROOIMANS: Bij lezing van dit voorstel heb ik gezien dat de tarieven zijn gerelateerd aan de tarieven van de parkeermetersIk vind dat enigs zins vreemd, omdat zij mijns inziens gerelateerd zouden moeten zijn aan de tarieven van de overige in Breda in gebruik zijnde of binnenkort in gebruik te nemen parkeergarages. Ik wil nog enkele vragen stellen, omdat de ta riefstelling mij niet geheel duidelijk is. Uit het aan de achterzijde van het preadvies vermelde heb ik begrepen dat er sprake is van een dag- en nacht tarief. Hieruit zou je kunnen afleiden dat de gara ge dag en nacht open zal zijn, maar in het stuk is dat niet duidelijk vermeld. Ik vraag hier zo

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 930