25 JUNI 1979 934 opstelling van die parkeergarage, maar er is meer sprake van dat de tarieven van die parkeergarage zijn gekoppeld aan onze opstelling; ik denk dat dat bij de onderhandelingen een bepaalde rol zal spe len. De verhouding met betrekking tot de andere parkeergarages zal in de integrale parkeernota wor den aangegeven. De heer Brooimans maakte ook een opmerking over het dag- en nachttarief. Ik heb meermalen ge zegd dat deze parkeergarage, die tot stand is ge komen met subsidie van het departement van Econo mische Zaken, duidelijk is bedoeld als kortparkeer- garage in het kader van de taakstelling van de bin nenstad. Men zal het ons niet euvel duiden dat wij daar deze garage gelet op die opstelling 1s nachts leeg staat, een nachttarief willen invoeren, het geen evenwel niet uitsluit dat zij alleen maar overdag open is. Men kan daar dan in ieder geval 's nachts parkeren terwijl overdag de revenuen kun nen worden geïncasseerd van het nachtparkeren De mededeling dat er alleen met de commissie ruimtelijke ordening en niet met de commissie fi nanciën overleg wordt aangekondigd is mijns inziens niet van principiële aard. Daar deze kwestie func tioneel in de portefeuille ruimtelijke ordening thuishoort is gekozen voor overleg met de commissie ruimtelijke ordening. Overigens geldt dit tarief tot 1 januari 1980 en eventuele wijzigingen, welke ik echter binnen die korte termijn niet voorzie, kunnen in overleg met de commissie ruimtelijke or dening voor de periode tot 1 januari 1980 worden aangebracht. Ik ga er daarbij vanuit dat de raad zich voordien zal hebben uitgesproken over hetgeen de heer Garritsen bedoelt, namelijk een integrale parkeervisie en een integraal parkeerbeleid voor de gemeente Breda. De heer DE BROUWER: De wethouder heeft ons voor het jaar 1980 een visie in het vooruitzicht gesteld, maar ik zal toch ook wel graag zijn visie vernemen op het commentaar dat onze fractie zojuist

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 934