937 25 JUNI 1979 financiële tekort van ongeveer f. 1 miljoen dat tot het faillissement leidde is ontstaan onder eerste verantwoordelijkheid van genoemde functionaris. Het komt D'66 als onjuist voor dat het stichtings bestuur in deze samenstelling thans wordt gesteund. De omstandigheid dat de gemeente Breda voor een bedrag van 120.000,in de strop van het RIVO meedeelt bevestigt nog eens extra de juistheid van onze zienswijze. Ik vind dan ook dat de raad wer kelijk onzorgvuldig handelt als hij deelneemt aan een dergelijk project, waarbij de bestuursleden niet allen een even groot verantwoordelijkheidsbe sef hebben. De heer HENDRIKSEN: Onze fractie zal dit voor stel wat anders benaderen dan mevrouw Saelman zo juist heeft gedaan. Wij benaderen het positief, om dat het voorstel onzes inziens duidelijk aangeeft dat er in Breda een ander beleid is ingezet ten aanzein van ontwikkelingshulp. Men zal zich herin neren dat in de vorige raadsperiode van verschil lende kanten duidelijk verzet rees tegen de betrok kenheid op enigerlei wijze van de gemeente bij za ken met betrekking tot ontwikkelingssamenwerking. Er is steeds gezegd dat die kwesties zich ver van ons bed bevinden en niet de gemeentelijke verant woordelijkheid betreffen. Ondanks het feit dat an dere gemeenten en zelfs V.V.D.-staatssecretarissen stelden dat een gemeente zich daarmee best mag be zighouden, heeft de raad steeds besloten daaraan niet mee te doen. Van de kant van de Partij van de Arbeid en de P.P.R. is indertijd steeds naar vo ren gebracht dat wij de gemeentelijke betrokken heid van Breda graag zouden zien vertaald in een bijdrage van 1,per inwoner. Mevrouw Saelman heeft opgemerkt dat de bijdrage waarom het van avond gaat uiterst minimaal is en dat is zeker het geval als je die afzet tegen het indertijd door ons voorgestelde bedrag. Aan de andere kant menen wij echter dat er vooruitgang is geboekt, in die zin dat nu door het college en de raad wordt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 937