25 JUNI 1979 940 De heer GARRITSEN: Ik kan mij wel vinden in het verhaal dat de heer Hendriksen ten aanzien van dit project heeft gehouden. Op zichzelf vind ik het positief dat de raad eindelijk iets voor de ontwikkelingslanden zal gaan doen en ik hoop even eens dat dat niet beperkt blijft tot dit soort kleine projecten, maar dat het college eens wat meer zicht en visie op deze kwestie zal gaan krij gen. Voor wat het Mandaka-project betreft dit is overigens geen zaak van het college lijkt het mij zinnig dat vooral naar voren wordt gebracht waarom het hierbij gaat, opdat de mensen er zich bewust van worden hoe de zaken daar in elkaar zit ten. Wij vinden dat dat aspect met betrekking tot het Mandaka-project wat te weinig naar voren komt en wij menen dan ook dat er nog iets meer aan de weg zou moeten worden getimmerd. Dat doet echter niets af aan het feit dat wij op zichzelf positief tegenover deze subsidie staan, hoe minimaal die dan ook is De heer EISSENS: Er kunnen niet veel goede woorden meer worden toegevoegd aan wat er al is gezegd. Inderdaad betreft dit bedrag maar een schijntje van wat er nodig is. Overigens is het voor een gemeenteraad niet zo moeilijk om op een gegeven moment te stellen dat er maar in alle pot jes moet worden gedoken om te bekijken of er nog een paar centen kunnen worden uitgehaald. Er is de laatste tijd nogal wat kritiek naar voren gebracht, ook van de zijde van De Stem, en ik ben het eens met een uitspraak die ik op een bepaald moment heb aangetroffen, namelijk dat de Bredanaars eens wak ker moeten worden. Er is een goed initiatief geno men en het is aardig dat wij daarvoor 2.000, ter beschikking stellen, maar er is een bedrag van 57.000,nodig. Het is verschrikkelijk jammer dat er van ons uit geen vonk is overgeslagen naar de stad, met name naar de burgers van de stad. Misschien moet je stellen dat er een fout is ge maakt, al weet ik niet waar die fout dan ligt. Ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 940