22 MEI 1980
1006
Een tweede mogelijkheid houdt in dat we tot
een partiële wijziging overgaan. Formeel bestaat
deze mogelijkheid natuurlijk altijd, maar ik zou
dit de raad ten stelligste willen ontraden. We
zijn immers begonnen met de procedure voor het be
stemmingsplan Princenhage-kern. Deze procedure is
gestart de mensen in Princenhage weten dat --
met een indringende enquête van de sociografische
dienst met betrekking tot de middenstand in Prin
cenhage omdat in het bestemmingsplan zware nadruk
op het functioneren van de middenstand zal vallen.
Er zijn in verband met het bestemmingsplan nog en
kele andere dingen in voorbereiding. Zo moet er
een overeenkomst worden gesloten met de beide
grootwinkelbedrijven Thijssen en Albada Jelgersma.
Ook dat is in gang gezet en ik weet dat zich ten
aanzien van Princenhage-kern nog een aantal andere
problemen voordoet. Als we in dit geval nu voor
één bedrijf een partiële bestemmingsplanwijziging
tot stand zouden brengen, zou dat een sterke pre
cedentwerking hebben, terwijl die wijziging niet
afgewogen zou zijn in competitie met een aantal
andere dingen die nu misschien best formeel via
een partiële herziening zouden kunnen worden gere
geld, maar die we hebben "opgehangen" aan de inte
grale benadering van het komende nieuwe bestemming
plan Princenhage-kern. Mijn antwoord op dit punt
is: in theorie kunnen we deze mogelijkheid volgen,
maar ik zou het willen ontraden. We zouden een
aantal dingen uit de kast halen die we niet kunnen
voorzien en het zou de gemeente ontsieren als zij
terwijl een nieuw bestemmingsplan wordt voorbereid
op één punt een uitzondering maakt en een partiële
wijziging vaststelt.
De derde oplossing is door de heer Van den
Broek bepleit; ook de heer Ten Wolde zou er, als
het dan niet anders kan, gebruik van willen maken.
Het is een oplossing in het kader van het nieuwe
bestemmingsplan Princenhage-kern. Welnu, ik heb,
juist omdat deze kwestie zo nadrukkelijk boven wa
ter is gekomen, alle bereidheid om met de